NL/BG 18.30: Difference between revisions

(Bhagavad-gita Compile Form edit)
 
(Vanibot #0019: LinkReviser - Revised links and redirected them to the de facto address when redirect exists)
 
Line 2: Line 2:
<div style="float:left">'''[[Dutch - Bhagavad-gītā zoals ze is|Bhagavad-gītā zoals ze is]] - [[NL/BG 18| Hoofdstuk 18: Conclusie: De volmaaktheid van onthechting]]'''</div>
<div style="float:left">'''[[Dutch - Bhagavad-gītā zoals ze is|Bhagavad-gītā zoals ze is]] - [[NL/BG 18| Hoofdstuk 18: Conclusie: De volmaaktheid van onthechting]]'''</div>
<div style="float:right">[[File:Go-previous.png|link=NL/BG 18.29| BG 18.29]] '''[[NL/BG 18.29|BG 18.29]] - [[NL/BG 18.31|BG 18.31]]''' [[File:Go-next.png|link=NL/BG 18.31| BG 18.31]]</div>
<div style="float:right">[[File:Go-previous.png|link=NL/BG 18.29| BG 18.29]] '''[[NL/BG 18.29|BG 18.29]] - [[NL/BG 18.31|BG 18.31]]''' [[File:Go-next.png|link=NL/BG 18.31| BG 18.31]]</div>
{{RandomImageRU}}
{{RandomImage|Dutch}}


==== VERS 30 ====
==== VERS 30 ====
<div class="devanagari">
:प्रवृत्तिं च निवृत्तिं च कार्याकार्ये भयाभये ।
:बन्धं मोक्षं च या वेत्ति बुद्धिः सा पार्थ सात्त्विकी ॥३०॥
</div>


<div class="verse">
<div class="verse">
:''pravṛttiṁ ca nivṛttiṁ ca, kāryākārye bhayābhaye''
:pravṛttiṁ ca nivṛttiṁ ca
:''bandhaṁ mokṣaṁ ca yā vetti, buddhiḥ sā pārtha sāttvikī''
:kāryākārye bhayābhaye
 
:bandhaṁ mokṣaṁ ca yā vetti
:buddhiḥ sā pārtha sāttvikī
</div>
</div>


Line 15: Line 21:


<div class="synonyms">
<div class="synonyms">
pravṛttim — doen; ca — ook; nivṛttim — niet doen; ca — en; kārya — wat gedaan zou moeten worden; akārye — en wat niet gedaan zou moeten worden; bhaya — angst; abhaye — en onbevreesdheid; bandham — gebondenheid; mokṣam — bevrijding; ca — en; yā — welke; vetti — weet; buddhiḥ — intelligentie; sā — dat; pārtha — o zoon van Pṛthā; sāttvikī — in de hoedanigheid goedheid.
''pravṛttim'' — doen; ''ca'' — ook; ''nivṛttim'' — niet doen; ''ca'' — en; ''kārya'' — wat gedaan zou moeten worden; ''akārye'' — en wat niet gedaan zou moeten worden; ''bhaya'' — angst; ''abhaye'' — en onbevreesdheid; ''bandham'' — gebondenheid; ''mokṣam'' — bevrijding; ''ca'' — en; '''' — welke; ''vetti'' — weet; ''buddhiḥ'' — intelligentie; '''' — dat; ''pārtha'' — o zoon van Pṛthā; ''sāttvikī'' — in de hoedanigheid goedheid.
</div>
</div>


Line 27: Line 33:


<div class="purport">
<div class="purport">
Handelen volgens de aanwijzingen van de heilige teksten wordt pravṛtti genoemd of het verrichten van die activiteiten die verricht zouden moeten worden. En activiteiten die daar niet mee in overeenstemming zijn, moeten worden nagelaten. Wie de aanwijzingen van de heilige teksten niet kent, raakt verstrikt in de acties en reacties van activiteiten. Inzicht dat onderscheid maakt met behulp van de intelligentie, is in de hoedanigheid goedheid.
Handelen volgens de aanwijzingen van de heilige teksten wordt ''pravṛtti'' genoemd of het verrichten van die activiteiten die verricht zouden moeten worden. En activiteiten die daar niet mee in overeenstemming zijn, moeten worden nagelaten. Wie de aanwijzingen van de heilige teksten niet kent, raakt verstrikt in de acties en reacties van activiteiten. Inzicht dat onderscheid maakt met behulp van de intelligentie, is in de hoedanigheid goedheid.
</div>
</div>



Latest revision as of 12:19, 28 June 2018

Śrī Śrīmad A.C. Bhaktivedanta Swami Prabhupāda


VERS 30

प्रवृत्तिं च निवृत्तिं च कार्याकार्ये भयाभये ।
बन्धं मोक्षं च या वेत्ति बुद्धिः सा पार्थ सात्त्विकी ॥३०॥
pravṛttiṁ ca nivṛttiṁ ca
kāryākārye bhayābhaye
bandhaṁ mokṣaṁ ca yā vetti
buddhiḥ sā pārtha sāttvikī

WOORD-VOOR-WOORD-VERTALINGEN

pravṛttim — doen; ca — ook; nivṛttim — niet doen; ca — en; kārya — wat gedaan zou moeten worden; akārye — en wat niet gedaan zou moeten worden; bhaya — angst; abhaye — en onbevreesdheid; bandham — gebondenheid; mokṣam — bevrijding; ca — en; — welke; vetti — weet; buddhiḥ — intelligentie; — dat; pārtha — o zoon van Pṛthā; sāttvikī — in de hoedanigheid goedheid.

VERTALING

O zoon van Pṛthā, die intelligentie waardoor men onderscheid kan maken tussen wat wel en wat niet gedaan moet worden, wat men wel en wat men niet moet vrezen, wat gebondenheid veroorzaakt en wat bevrijding geeft, is in de hoedanigheid goedheid.

COMMENTAAR

Handelen volgens de aanwijzingen van de heilige teksten wordt pravṛtti genoemd of het verrichten van die activiteiten die verricht zouden moeten worden. En activiteiten die daar niet mee in overeenstemming zijn, moeten worden nagelaten. Wie de aanwijzingen van de heilige teksten niet kent, raakt verstrikt in de acties en reacties van activiteiten. Inzicht dat onderscheid maakt met behulp van de intelligentie, is in de hoedanigheid goedheid.