NL/Prabhupada 0497 - Iedereen probeert om niet te sterven

Revision as of 15:11, 15 July 2016 by ErikAlbers (talk | contribs) (Created page with "<!-- BEGIN CATEGORY LIST --> Category:1080 Dutch Pages with Videos Category:Prabhupada 0497 - in all Languages Category:NL-Quotes - 1972 Category:NL-Quotes - Lec...")
(diff) ← Older revision | Latest revision (diff) | Newer revision → (diff)


Invalid source, must be from amazon or causelessmery.com

Lecture on BG 2.15 -- Hyderabad, November 21, 1972

Hier, in deze materiële wereld, we zijn in mṛtatva gezet, onderworpen aan geboorte, dood, ouderdom en ziekte. Maar er is een andere plaats waar er geen geboorte, dood, ouderdom en ziekte is. Dus welke positie zouden we leuk willen vinden - geboorte, dood, ouderdom en ziekte, of geen geboorte, geen dood, geen ouderdom, geen ziekte? Welke zouden we leuk willen vinden? Hmm? Ik denk dat we geen geboorte, geen dood, geen ouderdom, geen ziekte leuk zouden vinden. Dus dat wordt amṛtatva genoemd. Dus amṛtatvāya kalpate. Amṛta... Zoals we zijn, in onze eigen originele, constitutionele positie, we zijn niet onderworpen aan geboorte, dood, ouderdom en ziekte. Net als Kṛṣṇa sac-cid-ānanda-vigraha (Bs. 5.1), eeuwig, gelukzalig, vol kennnis, Ook wij, als onderdeel van Kṛṣṇa, we zijn ook van dezelfde kwaliteit. De ... We hebben deze positie van geboorte, dood, ouderdom en ziekte geaccepteerd, vanwege onze associatie met deze materiele wereld. Nu, iedereen probeert niet te sterven, iedereen probeert niet oud te worden, iedereen probeert om de dood niet te ontmoeten. Dit is natuurlijk. Want, door de natuur, zijn we niet onderworpen aan deze dingen, Daarom ons streven, onze activiteit, worstelt, hoe onsterfelijk, geboorteloos, ziekteloos te worden. Dat is de strijd om het bestaan.

Dus hier, in de Bhagavad-gītā, geeft je een leuke formule. Yaṁ hi na vyathayanty ete puruṣaṁ puruṣarṣabha. Deze verhuizing van de ziel, iemand die niet is getroffen door dit, dhīras tatra na muhyati (BG 2.13), iemand die begrijpt... Stel dat mijn vader sterft, als ik helder inzicht heb dat "Mijn vader is niet gestorven. Hij is van lichaam veranderd. Hij heeft een ander lichaam geaccepteerd." Dat is het feit. Net als in onze slaaptoestand, droomstaat, mijn lichaam is liggend op het bed, maar in de droom maak ik een ander lichaam en ga, laten we zeggen, op duizend mijl afstand naar een andere plaats. Zoals je dagelijkse ervaring hebt, op dezelfde manier, het grofstoffelijke lichaam wordt gestopt, ik als ziel, ik stop niet. Ik werk. Mijn geest draagt ​​me. Mijn geest is actief, mijn intelligentie is actief. Mensen weten niet dat er een ander subtiel lichaam is gemaakt van geest, de intelligentie en het ego. Dat brengt me naar een ander grofstoffelijk lichaam. Dat heet transmigratie van de ziel.

Daarom is iemand die weet dat de ziel eeuwig, onsterfelijk, geboorteloos, altijd nieuw is, nityaḥ śāśvato 'yaṁ purāṇaḥ. Nityaḥ śāśvataḥ ayaṁ purāṇaḥ. Purāṇa betekent heel oud. We weten niet hoe oud we zijn, omdat we transmigreren van het ene lichaam naar het andere. We weten niet wanneer we dit begonnen zijn. Daarom, eigenlijk zijn we heel oud, maar op hetzelfde moment, nityaḥ śāśvato 'yaṁ purāṇaḥ. Hoewel zeer oud... Net zoals Kṛṣṇa is ādi-puruṣa, de oorspronkelijke persoon. Toch zul je Kṛṣṇa altijd vinden als een jonge man van 16-20 jaar oud. Je zult nooit een foto van Kṛṣṇa vinden waarin Hij oud is. Nava-yauvana. Kṛṣṇa is altijd nava-yauvana. Advaitam acyutam anādim ananta-rūpam ādyaṁ purāṇa-puruṣaṁ nava-yauvanam (Bs. 5.33). Ādyam, de oorspronkelijke persoon, en de oudste; op hetzelfde moment is hij altijd in het jeugdige leven. Adyam purāṇa-puruṣaṁ nava-yauvanam. Dus iedereen die weet, dat de manier waarop de ziel verhuist van het ene lichaam naar het andere, dhīras tatra na muhyati, degenen die sober zijn, geleerd, hij is niet verstoord.

Het doel van Kṛṣṇa, om al deze dingen aan Arjuna te leren... Omdat hij heel erg verbaasd was hoe hij zou leven, het doden van al zijn verwanten, broers. Dus Kṛṣṇa wilde erop wijzen dat "Je broers, je opa, ze zullen niet sterven. Ze zullen gewoon van lichaam veranderen. Vāsāṁsi jīrṇāni yathā vihāya (BG 2.22). Zoals we onze kleding veranderen, op dezelfde manier veranderen we ons lichaam ook zo. Er is niets te betreuren." Op een andere plaats, Bhagavad-gītā, daarom, zo wordt gezegd, brahma-bhūta (BG 18.54). "Iemand die Brahman heeft begrepen," prasannātmā, "hij is altijd vrolijk. Hij is niet verstoord door deze materiële voorwaarden." Dat wordt hier gezegd: yaṁ hi na vyathayanty ete. Deze verschillende transformaties, verschillende veranderingen van de natuur, het lichaam, en alles, men moet niet worden verstoord door al deze dingen. Dit is uiterlijk. We zijn ziel. Het is extern lichaam, of externe kleding. Dat verandert. Dus als we het begrijpen, na vyathayanti, en je bent niet verstoord door deze veranderingen, dan saḥ amṛtatvāya kalpate, dan maakt hij vooruitgang, spirituele vooruitgang. Dat betekent, spirituele vooruitgang betekent, hij maakt vorderingen op weg naar het eeuwige leven. Spiritueel leven betekent het eeuwige, gelukzalige leven van kennis. Dat is spiritueel leven.