NL/Prabhupada 0456 - Het levende wezen die het lichaam bestuurt, dat is de superieure energie

Revision as of 00:57, 18 March 2016 by ErikAlbers (talk | contribs) (Created page with "<!-- BEGIN CATEGORY LIST --> Category:1080 Dutch Pages with Videos Category:Prabhupada 0456 - in all Languages Category:NL-Quotes - 1977 Category:NL-Quotes - Lec...")
(diff) ← Older revision | Latest revision (diff) | Newer revision → (diff)


Invalid source, must be from amazon or causelessmery.com

Lecture on SB 7.9.6 -- Mayapur, February 26, 1977

In de Bhagavad-gītā wordt gezegd,

bhūmir āpo 'nalo vāyuḥ
khaṁ mano buddhir eva ca...
bhinnā me prakṛtir aṣṭadhā
(BG 7.4)

Deze materialistische personen - wetenschappers, natuurkundigen en andere speculanten - ze hebben te maken met deze elementen, materieel - aarde, water, vuur, lucht, ether, Naar de geest toe, psychologie, of, weinig geavanceerde, intelligentie, maar niet meer. Ze hebben ermee te maken in hun universiteit, hogescholen, onderwijsinstelling. Zij houden zich bezig met bovengenoemde elementen, materieel. Ze hebben geen spirituele kennis. Kṛṣṇa zei... We krijgen informatie van de Bhagavad-gītā, apareyam: "Deze acht elementen, ze zijn inferieur." Daarom, omdat ze te maken hebben met deze inferieure natuur alleen, is hun kennis minderwaardig. Dit is een feit. Het is niet dat ik aan het beschuldigen ben. Nee, dit is de... Ze hebben geen informatie. Grote, grote professor, ze zeggen dat dit lichaam klaar is... "Lichaam klaar" betekent pañcatva-prāpta. Ze weten niet dat er een ander lichaam is, het subtiele lichaam - geest, intelligentie, ego. Ze weten het niet. Ze denken deze aarde, water, lucht, vuur, ether, zoveel... "Dit is klaar. Ik zie, of je het lichaam verbrandt of dat je het lichaam begraaft, klaar, alles afgewerkt. En waar is nog iets? " Dus ze hebben geen kennis. Dus ze hebben geen kennis, zelfs niet van het subtiele lichaam, aarde, water, die de ziel draagt, en wat weten ze over de ziel?

Dus Kṛṣṇa geeft informatie in de Bhagavad-gītā, apareyam: "Deze elementen, zelfs tot de geest, intelligentie, ego," bhinnā, "ze zijn Mijn gescheiden energie, gescheiden energie. en" apareyam, "dit is inferieur. En er is een andere, hogere natuur." Apareyam itas tv viddhi me prakṛtiṁ parā. Parā betekent "superieur." Nu kunnen ze gaan vragen: "Wat is dat? We kennen alleen deze elementen. Wat is die andere, hogere energie?' Jīva bhūtaḥ mahā-bāho, duidelijk gezegd: "Dat is het leven..." En ze denken dat er geen andere hogere energie is, behalve deze acht materiële elementen of vijf elementen. Daarom zijn zij in onwetendheid. Het is voor de eerste keer dat ze enige kennis krijgen van Bhagavad-gītā zoals ze is, en vanaf daar weten zij dat er een andere, hogere energie is, die jīva-bhūtaḥ is. Het levende wezen dat het lichaam beweegt, dat is superieure energie. Dus ze hebben geen informatie, noch is er een poging om die superieure energie te begrijpen in hun universiteit of instelling. Daarom zijn zij mūḍha, mūḍhas. Ze kunnen wel heel erg opgeblazen zijn van hun zogenaamde kennis, maar volgens de Vedische kennis zijn ze mūḍhas. En als men de hogere energie, prakṛti, de aard ervan niet kan begrijpen, hoe kan men dan God begrijpen? Dat is niet mogelijk. Dan weer, omgang tussen God en de hogere energie, dat is bhakti. Het is heel moeilijk. Manuṣyāṇāṁ sahasreṣu kaścid yatati siddhaye (BG 7.3). Dat siddhaye betekent die hogere energie te begrijpen. Dat is siddhi. En daarna, kan men Kṛṣṇa begrijpen.

Dus het is erg moeilijk, vooral in deze tijd. Mandāḥ sumanda-matayo (SB 1.1.10). Ze zijn... Mandāḥ betekent dat ze niet geïnteresseerd zijn, of zelfs als ze een beetje interesse hebben, zijn ze erg traag. Zij begrijpen niet dat dit de belangrijkste kennis is. En in de eerste plaats moet je het weten, athāto brahma jijñāsā, die superieure kennis. Die nodig is. Maar iedereen verwaarloost het. Er is geen nieuwsgierigheid naar wat is dat ding dat het lichaam verplaatst. Er is geen onderzoek. Ze denken dat automatisch, door een combinatie van deze materie... Ze zijn nog steeds aan het aanhouden op dit punt, en wanneer je ze uitdaagt, "Je neemt deze chemische stof en de bereid de levende kracht voor," dan zullen ze zeggen: "Dat kan ik niet doen." En wat is dit? Als je het niet kan doen, waarom spreek je onzin, dat "De combinatie van materie of chemicaliën geeft het leven?" U neemt de chemische... Onze Dr. Svarūpa Dāmodara in de California University, één grote professor kwam een lezing geven over de chemische evolutie, en hij daagde meteen uit, dat "Als ik je de chemische stoffen geef, kun je dan leven maken?" Hij zei: "Dat kan ik niet." (Grinnikt) Dus dit is hun positie. Ze kunnen het niet bewijzen. Ze kunnen het niet doen.