"Dus voor een toegewijde is er geen noodzaak om de zintuigen te beheersen. Het wordt automatisch beheerst. Net zoals we de gelofte die we genomen hebben om niets anders dan kṛṣṇa-prasādam te eten. Oh, het zintuig is al beheerst. Er is geen sprake van om een toegewijde te vragen, "Drink niet, doe dit niet, doe dat niet, doe dit niet." Zoveel niet. Simpelweg door het accepteren van kṛṣṇa-prasādam, het verbod is daar, al daar. En het wordt gemakkelijker. Anderen, als men wordt verzocht dat "Rook niet", het zal een moeilijke zaak voor hem worden. Voor een toegewijde, hij kan dat op elk moment opgeven. Hij heeft geen probleem. Daarom hetzelfde voorbeeld, dat deze zintuigen ongetwijfeld erg sterk zijn, zo sterk als de slang. Maar als je de giftanden breekt, de giftanden, dan is het niet meer woest. Op dezelfde manier, als je je zintuigen in dienst stelt van Kṛṣṇa, geen beheersen meer. Het is al beheerst."
|