NL/Prabhupada 0291 - Ik wens niet ondergeschikt te zijn, ik wens niet te buigen. Dat is je ziekte

Revision as of 15:34, 20 April 2016 by Lucija (talk | contribs) (Created page with "<!-- BEGIN CATEGORY LIST --> Category:1080 Dutch Pages with Videos Category:Prabhupada 0291 - in all Languages Category:NL-Quotes - 1968 Category:NL-Quotes - Lec...")
(diff) ← Older revision | Latest revision (diff) | Newer revision → (diff)


Invalid source, must be from amazon or causelessmery.com

Lecture -- Seattle, September 30, 1968

Prabhupāda: Ja?

Jongeman: Kunt u ondergeschiktheid nog eens uitleggen?

Tamala Kṛṣṇa: Leg ondergeschiktheid opnieuw uit.

Prabhupāda: Ondergeschiktheid, het is simpel. U bent ondergeschikt. Begrijp je niet wat ondergeschiktheid is? Is het erg moeilijk? Bent u niet ondergeschikt aan iemand?

Jongeman: Nou, ja, ik denk dat je zou kunnen zeggen dat ik dat ben.

Prabhupāda: Ja. Je moet wel. Iedereen. Iedereen moet ondergeschikt zijn, in ondergeschiktheid zijn.

Jongeman: Ik wil zeggen, in een spirituele zin, ik voel me niet ondergeschikt aan ...

Prabhupāda: Allereerst moet je begrijpen wat spiritueel leven is, dan ... In de spirituele zin ben je ook ondergeschikt omdat het uw natuur is, ondergeschiktheid. Spiritueel, wat bedoel je met spiritueel en materieel?

Jongeman: Nou, als, mijn lichaam zich bevind in een bepaalde plaats en tijd en al deze... Als ik een baan heb dan ben ik ondergeschikt aan mijn baas, maar de echte, mijn gehele wezen, mijn echte wezen, mijn innerlijke wezen niet ... Ik denk niet dat ik ondergeschikt aan mijn baas. Ik denk dat we min of meer gelijk zijn. In een tijdelijke zin...

Prabhupāda: Ja. Dit bewustzijn is erg mooi, dat je ontevredenheid voelt ondergeschikt te zijn aan je baas. Is het niet? Jongeman: Nee, dat is niet juist.

Prabhupāda: Dan?

Jongeman: Niet bepaald...

Prabhupāda: Iedereen.

Jongeman: Ik denk niet dat ... Sprekende over dit specifieke geval, het is niet per se zo dat ik jaloers op deze man zou zijn, omdat hij boven mij staat. Maar ik voel dat we als wezens min of meer allemaal gelijk zijn. Ik bedoel, het is een soort van een filosofie die ik heb. Ik heb niet het gevoel dat ik moet buigen voor om het even wie en ik heb niet het gevoel dat om het even wie moet buigen voor mij.

Prabhupāda: Waarom? Waarom? Waarom niet buigen? Waarom?

Jongeman: Omdat ik niet het gevoel heb dat ik hem iets verschuldigd ben of hij mij iets verschuldigd is.

Prabhupāda: Dus dat is de ziekte. We worden gedwongen neer te buigen en we denken dat 'Ik hou niet van neerbuigen. " Dit is de ziekte.

Jonge man: Hij heeft mij niet gedwongen om te buigen.

Prabhupāda: Ja.

Jonge man: Hij dwingt me in niets. Ik ben er simpelweg, en hij is er simpelweg.

Prabhupāda: Nee. Probeer te begrijpen. Het is een zeer goede vraag. U zegt: "Ik wil niet buigen." Is het niet?

Jongeman: Dat is waar, ja.

Prabhupāda: Ja. Waarom?

Jongeman: Omdat ik niet het gevoel dat ik inferieur ben aan ...

Prabhupāda: Dat is de ziekte. Je hebt je eigen ziekte vastgesteld. Dat is de ziekte van het materialisme. Iedereen denkt 'ik wil meester zijn. Ik wens niet neer te buigen. " Iedereen denkt zo, niet alleen jij. Probeer, laat me dit afmaken. Dit is de ziekte, materiële ziekte. Probeer eerst en vooral te begrijpen. Het is niet uw ziekte of mijn ziekte. Het is de Ziekte van iedereen dat "Waarom zal ik neerbuigen? Waarom zou ik ondergeschikt worden? " Maar de natuur dwingt mij om ondergeschikt te worden. Wie wil er de dood ontmoeten? Waarom sterven mensen? Kunt u een verklaring geven?

Jongeman: Waarom mensen sterven?

Prabhupāda: Ja. Niemand wil sterven.

Jongeman: Ik dacht dat het een biologische ...

Prabhupāda: Probeer gewoon te begrijpen. Wie is hier ... Dat betekent biologische kracht. U bent ondergeschikt aan de biologie. Waarom zeg je dan dat je onafhankelijk bent?

Jongeman: Nou, ik voel dat ik ...

Prabhupāda: Je bent verkeerd aan het voelen. Dat is mijn punt. Dat is uw ziekte.

Jongeman: Ik voel me eenzaam?

Prabhupāda: Ja, verkeerd.

Jongeman: Verkeerd?

Prabhupāda: Ja. U bent ondergeschikt. Je moet neerbuigen. Wanneer de dood komt kan je niet zeggen: "O, ik gehoorzaam je niet." Daarom ben je ondergeschikt.

Jongeman: Ik ben ondergeschikt aan God, ja.

Prabhupāda: Nee, nee, ... Vergeet God even. Momenteel spreken we enkel van gezond verstand.

Jongeman: Kṛṣṇa ... Ik weet niet ...

Prabhupāda: Nee. Spreek niet van Kṛṣṇa. Dat is ver weg. Probeer simpelweg te begrijpen dat je niet wil sterven, waarom wordt je gedwongen tot de dood?

Jongeman: Waarom wordt ik gedwongen tot de dood?

Prabhupāda: Ja. Omdat je ondergeschikt bent.

Jongeman: Oh, ja.

Prabhupāda: Ja. Dan begrijp je je positie, je bent ondergeschikt. Je kan niet verklaren "ik ben vrij. Ik ben niet ondergeschikt." Als u dat wenst "ik wil niet ondergeschikt zijn, ik wil niet buigen," dat is uw ziekte.

Jongeling: Wat wil je dat ik ... Wat ...

Prabhupāda: Nee, in de eerste plaats probeer om uw ziekte te begrijpen. Dan zullen wij uw geneesmiddel bepalen.

Jongeman: Ik ben verkeerd aan het voelen, oké, maar aan wie of wat ... Aan wat precies moet ik neerbuigen, ik bedoel ...

Prabhupāda: U buigt neer voor iedereen. U buigt neer tot de dood, tot ziekte, tot oudere leeftijd. U buigt neer tot zoveel zaken. Je wordt gedwongen. En nog steeds denk je dat "ik kan niet neerbuigen. Ik hou er niet van." Omdat je zegt: "Ik hou er niet van," daarom wordt je gedwongen. Je moet neerbuigen. Waarom vergeet je je positie? Dat is onze ziekte. Daarom is het volgende proces "ik word gedwongen om neer te buigen." Nu moeten we uitvinden "Waar zal ik gelukkig zijn ook al buig ik neer?" Dat is Kṛṣṇa. Uw buigen zal niet gestopt worden, omdat je daarvoor bedoeld bent. Maar als je neerbuigt voor Kṛṣṇa en Kṛṣṇa's vertegenwoordiger, wordt je gelukkig. Probeer het uit. Je moet neerbuigen. Als u niet neerbuigt voor Kṛṣṇa en Zijn vertegenwoordiger, dan zult u worden gedwongen om voor iets anders neer te buigen, Maya. Dat is uw positie. Je kunt op geen enkel moment vrij zijn. Maar je zult voelen ... Net als een kind vierentwintig uur per dag neerbuigt voor zijn ouders. Hij is gelukkig. Hij is blij. Moeder zegt: "Mijn lief kind, kom hier bij mij, kom hier neerzitten." "Ja." Hij is gelukkig. Dit is zijn aard. Je moet simpelweg uitzoeken waar je neer te buigen, dat is alles. Dat is Kṛṣṇa. Je kunt je neerbuigen niet stoppen, maar je moet uitzoeken waar neer te buigen. Dat is alles. Als u kunstmatig denkt "Ik ben niet van plan om neer te buigen voor wie dan ook. Ik ben onafhankelijk," dan lijdt u. Je moet simpelweg zoeken naar de juiste plaats waar neer te buigen. Dat is alles. Prima. Chant.