NL/Prabhupada 0386 - Het commentaar bij Gaurangera Duti Pada

Revision as of 22:35, 10 February 2016 by ErikAlbers (talk | contribs) (Created page with "<!-- BEGIN CATEGORY LIST --> Category:1080 Dutch Pages with Videos Category:Prabhupada 0386 - in all Languages Category:NL-Quotes - 1969 Category:NL-Quotes - Pur...")
(diff) ← Older revision | Latest revision (diff) | Newer revision → (diff)


Invalid source, must be from amazon or causelessmery.com

Purport to Bhajahu Re Mana -- The Cooperation of Our Mind

Yāra dhana sampada, sei jāne bhakati-rasa-sāra. Dit is een ander lied gecomponeerd door Narottama das Ṭhākura, en zegt hij dat "Iemand die de lotusvoeten van Heer Caitanya heeft aanvaard, met andere woorden, iemand die de enigste aanwinst in bezit heeft, de twee voeten van Heer Caitanya, zo'n persoon wordt verondersteld om te weten wat de essentie van de toegewijde dienst is." Sei jāne bhakati-rasa-sāra. Wat is de strekking van toegewijde dienst, of wat is de humor van de toegewijde dienst, kan worden begrepen door een persoon die Heer Caitanya's lotusvoeten heeft geaccepteerd als alles. Het idee is dat eigenlijk Heer Caitanya, Hij is Kṛṣṇa Zelf, en Hij onderwijst persoonlijk toegewijde dienst aan de levende wezens. Direct. Daarom is de manier van toegewijde dienst, zoals onderwezen door Heer Caitanya, is de meest perfecte. Er kan geen twijfel over bestaan. De deskundige, of de meester, is de dienaar aan het onderwijzen hoe te werken. Als iemand de meester van een aantal ontwikkelingen is en hij onderwijst persoonlijk een beetje begeleiding, dat onderwijs, instructie, is het meest perfect. Op dezelfde manier, Heer Kṛṣṇa Zelf, in de rol van een toegewijde, onderwijst toegewijde dienst. Daarom is de weg uitgestippeld door Heer Kṛṣṇa de meest haalbare weg naar perfectie om toegewijde dienst te doen. Sei jāne bhakati rasa sāra. Sāra betekent essentie. Dan zegt hij, gaurāṅgera madhuri-līlā, yāra karṇe praveśilā. Nu komt hij naar het spel en vermaak van Heer Caitanya. Hij zegt dat "de Heer Caitanya's spel en vermaak zijn ook zo transcendentaal als Heer Kṛṣṇa." Zoals in de Bhagavad-gītā wordt gezegd dat iedereen die alleen maar kunnen begrijpen, de transcendentale verschijning, verdwijning, activiteiten, werk van Kṛṣṇa, hij er onmiddellijk voor in aanmerking komt om het koninkrijk van God binnen te gaan. Simpelweg door het begrijpen van het spel en vermaak en het werk, transcendentale activiteiten van Kṛṣṇa. Op dezelfde manier, een die binnengaat in het spel en vermaak van Heer Caitanya, hij onmiddellijk wordt bevrijd van alle besmettingen van het hart.

Gaurāṅgera madhuri-līlā, yāra karṇe praveśilā. Karṇe praveśilā betekent gewoon dat men de boodschap van Heer Caitanya moet ontvangen. Karṇe betekent in het oor. Het bericht een onderdanige auditieve receptie geven. Dan raakt iemands hart onmiddelijk bevrijd van alle materiële besmetting. Dan zegt hij: yei gaurāṅgera nāma laya, tāra haya premodaya. De toegewijden houden zich alleen maar bezig met hoe je liefde voor God kan ontwikkelen. Narottama dāsa Ṭhākura beveelt aan dat iedereen die gewoon zingt, śrī-kṛṣṇa-caitanya prabhu-nityānanda... Gaurāṅga betekent met al deze parafernalia. Zodra we spreken over gaurāṅga bedoelen we de vijf: Heer Nityānanda, Advaita, Gadādhara, and Śrīvāsa. Alles bij elkaar.

Dus yei gaurāṅgera nāma laya, iedereen die zingt, onmiddellijk zal hij de liefde van God ontwikkelen. Yei gaurāṅgera nāma laya, tara haya premodaya, tāre mui jaya bole hari. Narottama dāsa Ṭhākura zegt: "Ik bied hem alle felicitaties." Want het is zeker dat hij liefde voor God heeft ontwikkeld. Dan zegt hij, gaurāṅga-guṇete jhure, nitya-līlā tāre sphure. Iedereen, als hij huilt, simpelweg door het horen van de bovenzinnelijke kwaliteiten van Caitanya Mahāprabhu, hij meteen begrijpt wat de liefdevolle zaken tussen Rādhā en Kṛṣṇa zijn. Nitya-līlā betekent het spel en vermaak, of de liefdevolle uitwisseling, zaken tussen Rādhā en Kṛṣṇa. Dat is eeuwig. Dat is niet tijdelijk. We moeten niet denken dat Rādhā-Kṛṣṇa tijdverdrijf, liefdevolle zaken, is net als de zaken zijn van een jonge jongen of meisje, zoals we zien in deze materiële wereld. Zulke liefdevolle zaken helemaal geen liefdevolle zaken. Het zijn wellustige zaken, en ze zijn niet eeuwig. Daarom gaan ze uit elkaar. Vandaag ben ik verliefd op iemand en de volgende dag gaan we uit elkaar. Maar Rādhā-Kṛṣṇa līlā is niet zo. Het is eeuwig. Dus dat is transcendentaal, en dit is tijdelijk. Dus gewoon iemand die is geabsorbeerd in het spel en vermaak van Heer Caitanya, hij onmiddellijk kan begrijpen wat de actuele positie van de liefdevolle zaken van Rādhā-Kṛṣṇa is. Nitya-līlā tāre sphure. Sei yaya rādhā-mādhava, sei yaya vrajendra-suta pāśa. En simpelweg door dat te doen, komt hij in aanmerking om in de verblijfplaats van Kṛṣṇa te gaan. Vrajendra-suta. Vrajendra-suta betekent de zoon van Nanda Mahārāja in Vṛndāvana. Hij is er zeker van in zijn volgende geboorte met Kṛṣṇa te associëren.