NL/Prabhupada 0797 - Namens Krishna het Krishna-bewustzijn prediken. Dat zijn geweldige soldaten

Revision as of 15:23, 27 November 2016 by ErikAlbers (talk | contribs) (Created page with "<!-- BEGIN CATEGORY LIST --> Category:1080 Dutch Pages with Videos Category:Prabhupada 0797 - in all Languages Category:NL-Quotes - 1976 Category:NL-Quotes - Arr...")
(diff) ← Older revision | Latest revision (diff) | Newer revision → (diff)


Invalid source, must be from amazon or causelessmery.com

Arrival Address -- Vrndavana, September 3, 1976

Prabhupāda: Vedische kennis is een openbaring. Vedische kennis kan niet worden begrepen door zogenaamde wereldse geleerdheid, door grammatica. Nee. Vedische kennis kan worden begrepen door een persoon, die een onwankelbaar vertrouwen heeft in de bonafide guru. Guru betekent vertegenwoordiger van Krishna, Krishna en Zijn vertegenwoordiger. We hebben herhaaldelijk gesproken over het feit dat guru betekent de bonafide dienaar van Krishna. Guru betekent niet een tovenaar of gegoochel. Dat is geen guru. Guru betekent ... Het wordt door Śrī Caitanya Mahāprabhu heel duidelijk uitgelegd hoe je guru kunt worden. Hij heeft iedereen gevraagd, vooral wie in India geboren is, bhārata bhūmite manuṣya-janma haila yāra (CC Adi 9.41). Vooral omdat wij Indiërs, bhāratīya, zijn. Wij hebben de faciliteiten om guru voor de hele wereld te worden. We hebben deze mogelijkheid gekregen. Want hier hebben we de literatuur, Vedische literatuur, vooral de Bhagavad Gita, die wordt gesproken door Krishna Zelf. Als we proberen te begrijpen wat het doel van het leven is en over de hele wereld prediken, dan word je guru. En als we anderen bedriegen als zogenaamde yogī, svāmī of geleerde, dat zal je geen guru maken. Guru ... Caitanya Mahāprabhu zegt, wordt allemaal, alle Indiërs, bhāratīya, wordt guru. Āmāra ājñāya guru hañā tāra ei deśa (CC Madhya 7.128). Waar je ook bent. Hoe kan ik guru worden? Yāre dekha tāre kaha kṛṣṇa upadeśa. Dat is alles.

Krishna-bewustzijn betekent, de instructies van Caitanya Mahāprabhu volgen. En Caitanya Mahāprabhu's instructie is, predik Krishna-upadeśa. Dit is Krishna upadeśa: na māṁ duṣkṛtino mūḍhāḥ prapadyante narādhamāḥ (BG 7.15). Dit zijn niet onze verzonnen woorden, het is Krishna-upadeśa. "Iedereen die zich niet aan Mij overgeeft, duṣkṛtina, zij worden onmiddellijk in vier groepen onderverdeeld." Wat zijn die? Duṣkṛtina, mūḍhāḥ, narādhamāḥ, māyayāpahṛta-jnana, āsuraṁ bhāvam āśritāḥ. Het is dus heel simpel. Wie is een mūḍha? Wie zich niet overgeeft aan Krishna, wie Krishna niet begrijpt, hij is duṣkṛtina, wat zondig betekent, of mūḍha, schurk, narādhama, laagste van de mensheid; en māyayāpahṛta-jñāna, zijn zogenaamde onderricht en diploma's zijn nutteloos omdat ware kennis van hem weggenomen is. Māyayāpahṛta-jnana. Er is geen behoefte aan vechten door ... We kunnen begrijpen wat zijn deze mensen in het algemeen zijn. Ze behoren tot deze vier groepen.

We moeten ze onder ogen zien. Onze beweging voor Krishna-bewustzijn wordt geconfronteerd met deze schurken, deze duṣkṛtina deze narādhamas, en we verzoeken hen om Krishna-bewust te worden. Dit is de beweging voor Krishna-bewustzijn. Je kan niet lui blijven zitten op een afgelegen plek en laten zien hoe prachtig je bent, Haridāsa Ṭhākura imiteren: Hare Krishna, Hare Krishna. Nee. Je moet prediken. Dat is het bevel van Caitanya Mahāprabhu. Āmāra ājñāya guru hañā tāra ei deśa (CC Madhya 7.128). Dit is werkelijk Caitanya Mahāprabhu volgen. Niet Haridāsa Ṭhākura imiteren. Dat is niet mogelijk. Je kunt ... Doe dat heel netjes, voor je eigen veiligheid. Als je dat heel netjes doet, dan is dat voor je eigen veiligheid. Maar wie geconfronteerd met gevaar ten behoeve van anderen, zij worden heel snel erkend door Krishna.

na ca tasmān manuṣyeṣu
kaścin me priya-kṛttamaḥ
(BG 18.69)
ya idaṁ paramaṁ guhyaṁ
mad-bhakteṣv abhidhāsyati
(BG 18.68)

Als je onder ogen ziet... Net als vechtende soldaten, voor het land treden ze het gevaar tegemoet. Zij worden erkend. Predikers, die namens Krishna prediken, zodat anderen Krishna-bewustzijn gaan beoefenen, dat zijn geweldig soldaten.

Ik ben dus erg blij dat jullie Europeanen en Amerikanen, in het bijzonder, me helpen. Vervolg dit proces, dat is de eenvoudigste manier om door Krishna te worden erkend. Want Hij zegt, na ca tasman manusyesu kaścin me priya-krttamaḥ (BG 18.69). Wie? Wie dit Krishna-bewustzijn predikt. Ik dank jullie heel hartelijk dat jullie naar Vṛndāvana zijn gekomen, dat jullie rond reizen en prediken. Laten we dit leven wijden aan het prediken van Krishna-bewustzijn over de hele wereld. Het geeft niet als we sterven door het prediken. Toch zal het roemrijk zijn.

Hartelijk dank.

Toegewijden: Jaya!