NL/Prabhupada 0088 - Onze studenten hebben auditieve receptie gegeven, door te luisteren



Lecture on BG 7.1 -- San Diego, July 1, 1972

Brahma zegt. Brahma's ervaring ... Hij is het allerhoogste levende wezen in dit universum. Hij zegt dat: "Wanneer iemand deze onzin gewoonte van speculeren opgeeft ..." Jñāne prayāsam udapāsya. Hij onderdanig moet worden. Iemand zou zich niet moeten voordoen alsof hij iets weet, kan speculeren, iets kan uitvinden. Net als de zogenaamde wetenschappers, die simpelweg speculeren en arbeid verspillen. Niets kan door jou gedaan worden. Alles is reeds geregeld. Je kan niets veranderen. Je kan alleen zien hoe de wet werk; dat kan je doen. Maar je kan noch de wet veranderen, of een betere voorziening voor de wet maken. Nee. Dat kan je niet. Daivī hy eṣā guṇamayī mama māyā duratyayā (BG 7.14). Duratyayā betekent dat het erg moeilijk is. Dus Caitanya Mahāprabhu, toen Hem verteld werd van deze uitspraak van Brahmā, dat men deze speculatieve methode moet opgeven, dat hij iets zou kunnen creëren ... Deze onzin gewoontes moeten opgegeven worden. Hij moet bescheiden worden. Bescheidener dan het gras. Net zoals we over het gras lopen; het protesteert niet. "Gaat u maar Mijnheer." Dat soort van bescheidenheid. Tṛṇād api sunīcena taror api sahiṣṇunā. Taru is een boom. Een boom is zo verdraagzaam.

Dus Caitanya Mahāprabhu zei: jñāne prayāsam udapāsya namanta eva ... "Ik geef dit speculatieve proces op en ik wordt bescheidener, zoals je aanraadt. Wat is dan Mijn volgende taak?" De volgende taak is: namanta eva, bescheiden zijn, san-mukharitāṁ bhavadīya-vārtām, je zou een toegewijde moeten benaderen, en je zou naar hem moeten luisteren. Sthāne sthitāḥ. Je blijft op je plaats. Je blijft Amerikaan. Je blijft Indiër. Je blijft Christen. Je blijft Hindu. Je blijft zwart. Je blijft wit. Je blijft vrouw, man, wat je ook bent. Je luistert simpelweg naar het betoog gegeven door gerealiseerde zielen. Dit wordt aangeraden. En als je hoort, dan overdenk je ook. Net zoals je mij hoort. Als je nadenkt dat; "Wat zei Swamiji ..." Sthāne sthitāḥ śruti-gatāṁ tanu-vāṅ-manobhiḥ. Śruti-gatām. Śruti betekent gewoon ontvangen via het oor. Als jij nadenkt, en probeert te begrijpen met je lichaam en geest, dan geleidelijk zal je ... Want je doel is zelf-realisatie. Dus zelf betekent Allerhoogste Zelf. De allerhoogste Heer, Hij is de Allerhoogste Zelf. Wij zijn een essentieel onderdeel van Hem. Dus door dit proces, zegt Caitanya Mahaprabhu, God, Ajita, diegene die nooit overmeestert wordt ... Als jij bij wijze van uitdaging God wilt leren kennen zal je Hem nooit begrijpen. God aanvaardt nooit uitdagingen. Want God is groot, waarom zou Hij jouw uitdaging accepteren? Als je zegt: "Oh, mijn lieve God kom alstublieft hier. Ik wil U zien" Dus God is niet zo dat Hij je bevel zal opvolgen. Jij moet Zijn bevel volgen. Dan komt Godsrealisatie. God zegt: "Geef jezelf over," sarva-dharmān parityajya mām ekaṁ śaraṇaṁ vraja (BG 18.66). In dat proces zal je God leren kennen. Niet dat: "Oh ik zal God leren kennen. Ik heb goeie intelligentie en kan goed speculeren." Nee.

Dus dit horen ... We praten over het horen. Het luisteren is zo belangrijk. Onze hele Kṛṣṇa-bewustzijnsbeweging is verspreidt omdat de studenten die zich hebben aangesloten bij ons auditieve receptie hebben gegeven, door te luisteren. Het luisteren, alles is verandert in henzelf. En ze hebben zich aangesloten met volledige overtuiging. Dus luisteren is zeer belangrijk. Wij openen zoveel centra enkel om mensen de kans te geven te horen over de transcendentale boodschap. Dus neem je kans, neem het voordeel van dit gehoorproces.