NL/Prabhupada 0257 - Hoe kan je boven de wetten van de Heer staan?
Lecture -- Seattle, September 27, 1968
Dus ons programma is de oorspronkelijke Allerhoogste Persoonlijkheid Gods, Kṛṣṇa te aanbidden. Govindam ādi-puruṣaṁ tam ahaṁ bhajāmi. In deze materiële wereld probeert iedereen geluk te krijgen en verlichting van het leed. Twee pogingen zijn er gaande. Er zijn verschillende processen. Materiële proces is volledig absurd. Dat is al bewezen. Geen enkele hoeveelheid materieel comfort of zogenaamd geluk kan ons het werkelijke geluk geven dat we willen. Dat is niet mogelijk. Dan zijn er ook verschillende andere processen. Er zijn drie soorten van ellende door ons geconditioneerde materiële leven: ādhyātmic, ādhibhautic, ādhidaivic. Ādhyātmic heeft betrekking op het lichaam en de geest. Net zoals wanneer er een verstoring is van de verschillende functies van het metabolisme in dit lichaam, we krijgen koorts, wat pijn, hoofdpijn - zoveel dingen. Dus deze ellende wordt ādhyātmic genoemd, met betrekking op het lichaam. En een ander deel van deze ādhyātmic ellende komt door de geest. Stel ik heb een groot verlies geleden. Dus de geest is erg verstoord. Dus dit is ook lijden. Dus door een ziekte van het lichaam, of een mentale ontevredenheid, is er ellende. Vervolgens; ādhibhautic - lijden aangedaan door andere levende wezens. Wij zijn mensen, we sturen miljoenen arme dieren dagelijks naar het slachthuis. Zij kunnen zichzelf niet uitten, maar dit wordt ādhibhautic genoemd; lijden aangedaan door andere levende wezens. Op dezelfde manier moeten wij ook lijden ondergaan door andere levende wezens. Je kan niet boven Gods wetten staan. Dus voor materiële wetten van de staat kan je jezelf verbergen, maar voor Gods wet kan je je niet verbergen. Er zijn zo veel getuigen. De zon is je getuige, de maan is je getuige, de dag is je getuige, de nacht is je getuige, de hemel is je getuige. Dus hoe kan je boven de wetten van de Heer staan? Maar deze materiële natuur is zo samengesteld dat we moeten lijden. Ādhyātmic, met betrekking op het lichaam en de geest. En het lijden aangedaan door andere levende wezens. En een ander lijden; ādhidaivic. Ādhidaivic, net als iemand die bezeten is door een spook. Een spook kan niet worden gezien, maar hij lijdt delirium, spreekt onzin. Of er is hongersnood, of een aardbeving, of een oorlog, of de pest, zo veel dingen. Dus lijden is er altijd. Maar wij proberen ons aan te passen met lapmiddelen. Lijden is er altijd. Iedereen probeert om aan het lijden te ontkomen, dat is een feit. De hele strijd van het bestaan is om aan het lijden te ontkomen. Maar er zijn verschillende soorten voorschriften. Iemand zegt dat je aan het lijden ontkomt op deze manier, iemand zegt dat je aan het lijden ontkomt op die manier. Dus er zijn voorschriften aangeboden door de moderne wetenschappers, door de filosofen, door atheïsten of door theïsten, door harde werkers, er zijn er zoveel. Maar volgens de Kṛṣṇa-bewustzijnsbeweging ontkom je aan al het lijden als je gewoon je bewustzijn verandert, dat is alles. Dat is Kṛṣṇa-bewustzijn. Zoals ik je meerdere malen het voorbeeld heb gegeven ... Alle ons lijden komt door gebrek aan kennis, onwetendheid. Deze kennis kan worden verkregen door omgang met mensen die het goed weten.